Utrechtse Romepelgrims weer thuis
Verdeeld over twee vluchten keerden de Romepelgrims uit het Aartsbisdom Utrecht op zaterdag 19 november terug. In de ochtend vierden ze nog de Eucharistie in de kerk van één van de hotels waar zij waren ondergebracht: Casa La Salle. Hoofdcelebrant was rector Kuipers van het Ariënsinstituut, die tijdens de bedevaart hoofdaalmoezenier was.
Kardinaal Eijk bleef na de 19de nog enkele dagen langer in Rome: hij was bij de sluiting van de Heilige Deur in de St. Pieter op 20 november maar woonde ook het consistorie bij waarin paus Franciscus een aantal nieuwe kardinalen creëerde.
Het hotel Casa La Salle is eigendom van de congregatie van de Broeders van De La Salle, in 1680 gesticht door de H. Jean-Baptiste de La Salle. Deze zette zich met name in voor onderwijs aan de armen. Glas-in-lood ramen in de kerk verwijzen naar allerlei plekken in de wereld waar deze congregatie actief is (geweest), zoals ook in Twente.
Rector Kuipers benadrukte dat deze laatste viering voor vertrek ook “een viering uit dankbaarheid voor deze bedevaart” was. In zijn preek verwees hij naar de Wereldjongerendagen in Krakau, afgelopen zomer. Op een YouTube video had hij jongeren horen vertellen wat ze op de WJD kwamen doen. Eén meisje had gezegd: “God groot maken.” Kuipers: “Wat betekent dat? Het wil zeggen ruimte geven aan God, op Hem vertrouwen.” Verwijzend naar het Magnificat (de lofzang van Maria): “Zoals Maria, die God een blanco cheque heeft gegeven. Onwetend van wat er allemaal met Christus zou gebeuren. Daarom wordt Maria de Moeder van het geloof genoemd, de Moeder van de Kerk. Maria heeft Gods barmhartigheid aan den lijve ondervonden. Letterlijk en figuurlijk – zij heeft die immers de wereld ingedragen.”
De lofzang van Maria nodigt ook uit om de barmhartigheid zelf handen en voeten te geven, aldus Kuipers. “Daar zijn we deze dagen druk mee bezig geweest: in vieringen, in de wandeling van barmhartigheid maar ook in gesprekken en onderlinge ontmoetingen. En we hebben elkaar gesteund en geholpen als dat nodig was. Gods barmhartigheid krijgt gezicht in onze barmhartigheid voor elkaar. We keren terug met ervaringen die ons geloof hebben versterkt. Dat zijn souvenirs die ons nooit kunnen worden afgepakt. Laten wij net al Maria onze ervaringen in ons hart bewaren. Om er zelf sterker van te worden en God de kans te geven in ons leven groot te worden.”
Na afloop van de viering kregen de pelgrims uit handen van Kuipers en andere Utrechtse pastores een sleutelhanger, als aandenken aan deze bedevaart. Met op de ene zijde paus Franciscus en op de andere zijde het internationale logo van het Heilig Jaar van de Barmhartigheid – het logo waarvan kardinaal Eijk in zijn preek in de St. Pieter uitlegde hoe jammer het zou zijn als het in de vergetelheid zou raken na dit Heilig Jaar.
Na de viering vertrokken de eerste honderd pelgrims richting het vliegveld, de tweede groep vloog aan het eind van de middag terug naar Nederland.