Nederlandse bisschoppen ontmoeten Vlaamse collega’s
Delegatie bracht ook werkbezoek aan Brussel
Een aantal Nederlandse bisschoppen was op 21 februari op bezoek in het aartsbisdom Mechelen-Brussel in België voor een ontmoeting met de Vlaamse bisschoppen. Gastheer was kardinaal Jozef de Kesel, aartsbisschop van Mechelen-Brussel en voorzitter van de Belgische Bisschoppenconferentie.
Tijdens de jaarlijkse ontmoeting tussen de bisschoppen wordt gesproken over actuele thema’s. Dit keer waren dat armoede, gemeenschapsopbouw bij kerksluiting en sociale cohesie in de samenleving.
In beide landen worden toenemende hulpvragen op het gebied van armoede geconstateerd. De Nederlandse bisschoppen brachten dit in beeld met onder meer het Armoedeonderzoek dat recent is gepubliceerd door de kerken in Nederland. Ook de Vlaamse bisschoppen merken dat meer mensen in hun land kampen met armoede. Waar in Nederland met name de Parochiële Caritas Instellingen (PCI’s) zich op deze problematiek richten, zijn het in Vlaanderen de Vincentius Verenigingen en individuele katholieken die op verschillende manieren helpen. Kardinaal De Kesel sprak zijn waardering uit voor de structuur zoals die in Nederland van oudsher bestaat, waarbij in de parochies menskracht en middelen door de PCI’s beschikbaar worden gemaakt om aan de financiële nood van mensen tegemoet te kunnen komen.
Als het gaat om vluchtelingen stellen in beide landen vele parochies zich actief en behulpzaam op. Hulp aan vluchtelingen of aan mensen in armoede geeft een parochie vaak een positieve impuls, merken de bisschoppen. Het bindt mensen samen in actie voor een concreet doel.
Verbinding is ook belangrijk in de situatie van kerksluiting waardoor kerkgangers naar een voor hen nieuwe kerk gaan. De bisschoppen wisselden ervaringen op dit gebied uit, waarbij ook de verschillen tussen Nederland en België naar voren kwamen.
In België zijn de kerkgebouwen namelijk niet van de parochies zoals in Nederland, maar van de lokale overheid, die zorg draagt voor het onderhoud maar ook voor herbestemming in geval van onttrekking van een kerk aan de eredienst. In België moet iedere gemeentelijke overheid een kerkenplan maken, waarin wordt gekeken welke kerken open kunnen blijven en welke gesloten worden. Dit gebeurt in nauw overleg met de kerkgemeenschap, die ook in België dus voor de vraag komt te staan hoe verschillende lokale geloofsgemeenschappen samen te laten gaan.
Verder werd gesproken over de sociale cohesie in de samenleving en een toenemend gevoel van onbehagen bij veel mensen. De bisschoppen benadrukten het belang van een duidelijke rol voor de christelijke geloofsgemeenschappen in Nederland en België, omdat het marginaliseren van religie, waartoe sommige partijen sterk neigen, geen oplossing biedt, maar polarisatie juist bevordert. De dialoog met verschillende geloofsgemeenschappen maar ook met de overheden blijft daarbij voor de Rooms-Katholieke Kerk van groot belang.
Een dag eerder bezocht een delegatie van de Nederlandse Bisschoppenconferentie, onder wie de Utrechtse hulpbisschoppen mgr. Hoogenboom en mgr. Woorts, het Europees Parlement in Brussel. De bisschoppen spraken met onder anderen de heer Wim van de Camp, fractielid van de Europese Volkspartij (EVP) voor het CDA en zijn team. Ook lieten zij zich informeren door beleidsadviseur mw. Merete Bilde van de European External Action Service (EEAS). De delegatie bracht vervolgens een bezoek aan het Secretariaat van COMECE, de Commissie van Bisschoppen van de Europese Gemeenschap (Commissio Episcopatuum Communitatis Europensis). Klik hier voor een uitgebreid verslag van het bezoek van de bisschoppen aan Brussel.