De Europese Commissie organiseerde op 1 en 2 oktober in Brussel het eerste jaarlijkse colloquium over grondrechten. Dit colloquium boog zich over trends en onderliggende redenen voor antisemitische en anti-moslim incidenten in de Europese Unie. De Utrechtse hulpbisschop mgr. Hoogenboom, lid van COMECE (de Commissie van de Bisschoppenconferenties van de EU), was één van de sprekers tijdens het colloquium. Hij stelde onder meer dat “interreligieuze dialoog belangrijk is voor sociale vrede, niet alleen voor de vrede tussen religies en religieuze gemeenschappen.”

Ook wees mgr. Hoogenboom erop dat “de katholieke Kerk alle vormen van antisemitisme en moslimhaat zonder enkele aarzeling of dubbelzinnigheid veroordeelt (en aanmoedigt deze te veroordelen). De Kerk staat klaar om haar ondubbelzinnige steun te uiten voor de getroffen religieuze gemeenschappen en begrijpt hun gevoelens van gekwetstheid. De basis van de bijdrage van de katholieke Kerk op dit gebied is de transcendente menselijke waardigheid die toebehoort aan elke mens, zoals geschapen naar het beeld van God. Zowel religie als vrijheid van religie moeten worden beschouwd als positieve elementen, hoewel er geen dwang mee in verband mag worden gebracht.”

De Europese Commissie schrijft op haar website dat “eerste vicevoorzitter Frans Timmermans en commissaris Věra Jourová de discussie leidden over hoe antisemitisme en moslimhaat in Europa moeten worden bestreden en hoe verdraagzaamheid en respect in onze samenleving kunnen worden bevorderd.” De omvang van het probleem blijkt uit gegevens over antisemitische misdrijven die het EU-Bureau voor de grondrechten 30 september publiceerde en een nieuwe ‘Eurobarometerenquête’ over discriminatie die 1 oktober verscheen, aldus het bericht van de Europese Commissie.
De Commissie noemt enkele uitkomsten uit deze enquête: zo meent 50% van de Europeanen dat discriminatie op grond van godsdienst of religieuze overtuiging wijdverbreid is (in 2012 was dat 39%); is 33% van mening dat het uiten van een godsdienstige overtuiging een nadeel kan zijn bij het solliciteren (in 2012 was dat 23%); en worden moslims van alle religieuze groepen het minst geaccepteerd.

Aan het colloquium namen onder anderen leden van de Joodse en islamitische gemeenschap deel, nationale en lokale autoriteiten, vertegenwoordigers van non-gouvernementele organisaties, academici en filosofen.