In de aartsbisschoppelijke kapel aan de Maliebaan heeft mgr. Eijk maandag 21 maart de drie leden beëdigd van de Historische Commissie die aan het werk gaan in het kader van het lopende zaligverklaringsproces van de Dienares Gods Dorothea Visser. Deze Historische Commissie, bestaande uit de heren mr. drs. H.H.M. Jansen (voorzitter), M.L.N.M Rijmers (secretaris) en dr. L.A.M. Schulte (lid), heeft als taak om een historisch onderzoek te doen naar de persoon en het leven van de Dienares Gods Dorothea Visser en daarvan schriftelijk verslag te doen.

De resultaten van het onderzoek en de rapportage van de Historische Commissie zullen in het vervolg van het zaligverklaringsproces worden gebruikt voor het schrijven van de zogenaamde vita documentata. Bij een zaligverklaringsproces gaat het immers niet alleen om de erkenning van een wonder, ook moet overtuigend worden aangetoond dat “iemand echt een deugdzaam leven heeft geleid – en dat onderdeel blijkt vooral uit de vita documentata. U heeft dus een zeer belangrijke taak,” zo merkte mgr. Eijk op tegen de commissieleden. De aartsbisschop zei dan ook dankbaar te zijn dat de heren Jansen, Rijmers en Schulte deze taak op zich willen nemen. Naast mgr. Eijk waren hulpbisschop mgr. Hoogenboom en kanselier Zuijdwijk aanwezig bij de beëdiging.

Dhr. Jansen legt de eed af

Dhr. Rijmers legt de eed af

Dhr. Schulte legt de eed af

Behalve de Historische Commissie zal er ook een kerkelijke rechtbank ten dienste van het zaligverklaringsproces worden geïnstalleerd. Er moet op diocesaan niveau namelijk tevens een proces worden gevoerd over het leven en de deugden van Dorothea Visser. Mgr. Hoogenboom is momenteel bezig met het treffen van de voorbereidingen voor de installatie van deze kerkelijke rechtbank. Hij heeft goede hoop dat dit nog voor de zomer kan plaatsvinden.

Wonder
De mystica Dorothea (Dora) Visser (1819-1876), die vanaf haar twaalfde jaar gedeeltelijk verlamd was, zou eind 1843 voor het eerst de stigmata hebben ontvangen. Een speciale tijdelijke rechtbank van het Aartsbisdom Utrecht zette in september 2005 een eerste stap op weg naar haar zaligverklaring. Op haar voorspraak was, zo stelde de rechtbank vast, zes jaar eerder een man die niet meer kon lopen op onverklaarbare wijze genezen. Deze bevindingen zijn naar de Heilige Stoel gestuurd, waar beoordeeld moet worden of er daadwerkelijk sprake is van een wonder.
In februari 2010 werd mgr. dr. K. Kasteel, hoofdprelaat van de Heilige Stoel, op voordracht van mgr. Eijk en met goedkeuring van de Heilige Stoel benoemd tot postulator in de zaligverklaringsprocessen van Alphons Ariëns en Dorothea Visser.

Foto boven: Van links naar rechts: dhr. Jansen, dhr. Zuijdwijk, mgr. Hoogenboom, mgr. Eijk, dhr. Schulte en dhr. Rijmers