Hulpbisschop viert hoogfeest H. Willibrord in Willibrordsabdij
Mgr. Woorts was op 7 november hoofdcelebrant tijdens de Eucharistieviering in de Sint Willibrordsabdij te Doetinchem. Dit vanwege het hoogfeest van Sint Willibrord, dat op deze dag “zowel voor de abdij als voor ons aartsbisdom werd gevierd,” aldus de Utrechtse hulpbisschop. Mgr. Woorts: “Het was prachtig om zo de onderlinge band te vieren, in Christus, dankzij Sint Willibrord.”
In zijn homilie ging mgr. Woorts nader in op Sint Willibrord, “ons aller ‘geestelijke (voor)ouder’. Wij vereren hem als onze geestelijke vader.” Hoe diep dat kan raken en hoe dankbaar je dat kan stemmen, ervoer de hulpbisschop onlangs, zo vertelde hij: “Een groep van zo’n 30 priesters van ons bisdom was begin september – samen met de twee diakens die komende zaterdag in Utrecht tot priester worden gewijd en die nu hier hun retraite houden: Ronald den Hartog en Mauricio Meneses Santiago – op pelgrimage naar het graf van Willibrord in Echternach. We vierden daar boven het graf met elkaar de Eucharistie, daalden met elkaar zingend in processie af naar de crypte en daalden vervolgens één voor één nog dieper af naar de ‘Willibrordbron’, om onze hand in het water te steken en met dat water een kruisteken te maken, ter herinnering aan ons Doopsel. Daarna schaarden we ons rond het graf van Willibrord, om met elkaar het Credo te zingen, het geloof dat hij ons heeft verkondigd. Het deed ons allen als priesters – verbonden met de opvolger van Willibrord – zeer goed, dankbaar dat we met elkaar mogen delen in de zending die de Heer ons heeft gegeven en waarin Willibrord ons is voorgegaan.”
‘Voorbeeld’
In de Tweede Lezing van 7 november klonk een aansporing uit de Hebreeënbrief: “Gedenkt uw leiders die u het eerst het Woord van God verkondigd hebben. Haalt u weer hun leven en de afloop van hun leven voor de geest.” Mgr. Woorts: “Waarom? Om een voorbeeld te nemen aan hun geloof. En dat voorbeeld helpt ons om het licht van het geloof in ons te bewaren, telkens opnieuw te laten verlichten door de Heilige Geest die Willibrord bezield had.” Toen Willibrord ongeveer zes jaar oud was, werd hij door zijn ouders naar het klooster van Ripon gebracht om er oblaat te worden, zo memoreerde mgr. Woorts. Daar werd hij niet strikt Benedictijns opgevoed, aldus de hulpbisschop, maar hij is er wel sterk door beïnvloed. “God zij gedankt daarvoor, voeg ik er hier in dit illustere Benedictijnse gezelschap aan toe!”
‘Bidden en zaaien’
Mgr. Woorts ging vervolgens in op de missioneringsactiviteiten van Willibrord, om zich daarna af te vragen: “Maar wat blijft er over van Willibrords missie? We zien al vele jaren dat Christus en Zijn Evangelie steeds minder bekend zijn en dat de participatie aan het kerkelijk leven afneemt. Veel kerken moeten hun deuren sluiten – ook hier in de Achterhoek – en heel wat kloosters, de meeste, zijn verdwenen. Hoe daarmee om te gaan?”
Hij vertelde dat hij zich optrekt aan wat de Hebreeënbrief zegt over de eerste geloofsverkondigers: “Neem een voorbeeld aan hun geloof.” Mgr. Woorts: “Jezus Christus is de eeuwen door dezelfde, Hij die heeft gezegd ‘Ik ben met jullie alle dagen.’ Vanuit dat geloof kon Willibrord op hoge leeftijd schrijven: ‘In Dei nomine feliciter’ – In Gods naam gelukkig, hij die tijdens zijn leven ook alweer het nodige afgebroken heeft zien worden. Maar Willibrord bleef zaaien en vertrouwen houden, want we zijn in Gods hand. Sinds Willibrord zijn wij 1300 jaar verder. We zijn er nog steeds, al worden we in aantal kleiner. Maar de Heer leidt en hoedt ons. Aan ons om te blijven bidden en zaaien, zoals Willibrord heeft gedaan, in het geloof dat de Heer wasdom zal geven, op Zijn manier en Zijn tijd.”
De Willibrordsabdij
De Willibrordsabdij is een Benedictijner klooster. In de 13de eeuw kende Nederland rond de 20 Benedictijnse kloosters, maar tijdens de Beeldenstorm en de daarop volgende Tachtigjarige Oorlog werden alle kloosters verwoest of in beslag genomen. Pas in het begin van de twintigste eeuw keerden Benedictijner monniken terug in Nederland. In 1907 kwam in Oosterhout de Sint Paulusabdij gereed, die al snel vele Nederlandse roepingen trok. Daarom werd in 1935 de St. Adelbertpriorij te Egmond gesticht. Al snel dacht men aan een derde vestiging, in Gelderland. Men huurde een huis in Bingerden, maar dit brandde af in de Tweede Wereldoorlog. De monniken kregen toestemming tijdelijk kasteel Slangenburg te bewonen en in oktober 1945 kwamen de eerste monniken uit Oosterhout daar aan. In 1949 werd de eerste steen gelegd van de nieuwe abdij en na vier jaar bouwen konden de monniken hun kasteelperiode afsluiten en naar hun nieuwe klooster trekken. Het kasteel werd aangehouden als gastenverblijf. Sinds 2015 is Br. Henry Vesseur abt van de St. Willibrordsabdij. (Bron: willibrordsabdij.nl)