Naar de Franciscanen
Een voorbeeld van een project dat het RK Jeugdfonds in 2012 heeft gesponsord.
In het weekend van 8 tot 10 juni jl. heeft de 18+ groep het Franciscanenklooster in Megen bezocht. Het jaarlijkse kloosterweekend wordt al een goede en kleine traditie bij de 18+ groep. Het onthaal was zeer gastvrij. Iedereen voelde zich zeer snel thuis. Het was een zogenoemd meeleefweekend. Dat betekende dat de jongeren deelnemen aan het kloosterleven m.b.t. de gebedstijden, etenstijden, deelnemen aan de rust en stilte in het klooster.
Na het bezoek werden de jongeren de twee vragen voorgelegd:
- Welke waarde heeft het kloosterbezoek voor je?
- Welke waarde heeft het kloosterbezoek voor je geloof?
Een aantal reacties
- De waarde die het kloosterbezoek voor mij heeft gehad. Het heeft me weer even bewust gemaakt waar het geloof voor staat. Er werd me een spiegel voorgehouden dat dit de voeding is van mijn geloof, op welke manier ik het ook uitvoer. Bedankt voor die spiegel! Het voelde heel fijn om een heel weekend spiritueel bezig te zijn en dit in een rustige omgeving. Ook vond ik de manier van de dagafsluiting en de dag terug geven aan God erg mooi.
- Het heeft een grote indruk achtergelaten en ik ben nog steeds, denk ik, aan het verwerken wat ik hier mee kan en wil doen. Het heeft in ieder geval wel een fijn gevoel nagelaten. Ook de opdracht met de voorwerpen* vond ik erg fijn. Op deze manier hebben we de tijd genomen om elkaar te leren kennen. De vrije tijd vond ik ook erg fijn op die manier kon je op dat moment zelf kijken waar je behoefte aan had en dat gaan doen.
* Neem een voorwerp van waarde mee en vertel waarom het kostbaar voor je is
De waarde van het kloosterbezoek is moeilijk te omschrijven, omdat het aan zoveel dingen raakt. Het raakt aan groepsvorming, omdat je in zulke weekenden dingen met elkaar bespreekt die je niet gauw doet op een bowlingbaan. Hierdoor kun je steeds beter elkaar aanvoelen en een echte geloofsgenoot zijn voor elkaar. Het raakt aan kijken met verschillende perspectieven. Je bespreekt dingen waardoor je anders tegen je eigen leven aan gaat kijken, anders tegen jouw manier van geloven, anders naar de ander. Niet alleen met elkaar, maar ook met de kloosterlingen. Het raakt aan onthaasting. Het weekend is voor mij normaal op zaterdag gevuld met werk en/of hobby (dat is heel leuk, maar ook een verplichting) en op zondag bereid ik het werk van de komende week voor. Nu heb ik bewust een weekend geen sociale media, geen internet et cetera ingelast en dat is een verademing. Je hoeft niks en je mocht van alles. Normaal ga ik op zaterdagmiddag niet uit vrije wil de afwas doen of helpen in de tuin, maar ik merk wel dat je er soms behoefte aan hebt. Het raakt aan je geloofsbeleving. Je ziet in ieder klooster een andere manier van beleving (ook tussen de kloosterlingen onderling zie je verschillen). Dat maakt duidelijk dat er niet één manier van geloven is en als je die toevallig niet hebt, dat je dan ongelovig bent. Het raakt aan zoveel meer, maar dat krijg ik nu even niet allemaal op papier.
De waarde voor mijn geloof is even moeilijk te omschrijven. Vorig jaar heb ik echt een soort van duw gekregen om voorbij de twijfels te stappen en gewoon te doen. Ook al ken ik niet alle riten en ken ik niet alle ‘katholieke mompelgebeden’ tijdens de vieringen. Ook al twijfel ik soms of ik wel geloof of dat ik hoop dat ik geloof. Ik heb geleerd, maar ook al tijdens de 18+ bijeenkomsten, dat zoeken naar geloof er ook bij hoort. En dat zo’n zoektocht binnen het geloof past.
Dit jaar was het een minder significante doorbraak, maar heb ik door de verschillende geloofsbelevingen gezien dat je een eigen stijl van geloven moet zoeken. Toeval (of niet) dat het kloosterweekend ook precies met Sacramentsdag viel. Voor mij een van de moeilijkste dingen van het geloof, omdat ik verstandelijk niets kan met zo’n transformatie. Veel informatie gekregen in de overdenkingen van beide vieringen om weer verder na te denken over hoe ik dat Sacrament een plaats kan geven in mijn geloof. Maar ik denk dat kloosterweekenden (zeker als de kloosters ingesteld zijn op jongeren) vooral van waarde zijn voor het geloof om te zien dat jeugd zeker toekomst heeft in de Kerk en het geloof. Dat er ruimte kan zijn voor andere manieren van geloven en dat dat door ‘experts’ (kloosterlingen) ook wordt erkend.
Het kloosterbezoek heeft mij vooral geraakt in hun gastvrijheid. Wij mogen als groep op bezoek komen en worden meer dan hartelijk ontvangen. Het maakt niet uit wie we zijn of wat we doen. Oud of jong, gelovig of niet gelovig. Iedereen is daar even welkom. Je wordt gezien. Dat is fijn. Vanuit dat punt is het fijn om met elkaar te praten. Ook dan is jouw verhaal niet beter of belangrijker dan het verhaal van een ander. Dat maakt het communiceren prettig.
Daarnaast was het fijn om te zien dat de broeders echt uit goedheid leven. Om mensen geven. In de wereld waar ik opgroei (en soms ook bewust voor kies) is het soms moeilijk om op mensen te vertrouwen.
En de tuin! Misschien een klein detail: maar het is lang geleden dat ik zo’n mooie tuin heb gezien (in combinatie met het oude dorpje). Ik was even vergeten dat dit nog bestond. Mijn geloof is wat lastiger. Ik hoorde de broeder zeggen: ‘Het startpunt van elke ruzie is bezit. Wij leven in eenvoud. Wij hebben geen bezittingen.’ Dat idee spreekt mij erg aan. Leven van wat je krijgt, niet van wat je wilt hebben. Het geloof is ook iets wat je krijgt. Je kunt het wel willen bezitten en daar hard voor werken, maar ik denk niet dat dat het goede uitgangspunt is. Je krijgt het en van daaruit kun je verder. Het heeft me echt veel gebracht. Erg fijn!
Ik ben door dit kloosterweekend weer een ervaring rijker. We leefden letterlijk mee met de broeders. Dat gaf me het gevoel dat je er echt gelijk bij hoorde. Hierdoor ben ik erachter gekomen hoe is het om in een klooster te leven. Tijdens dit weekend had ik de rust weer gevonden en heb ik het als een heerlijk ontspannend weekend ervaren. Niets was verplicht en ik kon heerlijk mijn eigen gang gaan. Dat had ik dan ook gedaan. Mijn studieboeken waren wel mee, maar niet aangeraakt. Ik had echt even alles achter me gelaten. Ik kwam weer tot mezelf en heb me kunnen richten op mijn gedachten. Zo heb ik weer een hoop orde kunnen aanbrengen door middel van de stiltes, gebeden en gesprekken. Zo’n kloosterweekend gaf me weer nieuwe energie en kracht om verder te gaan in het dagelijks leven. Het geloof helpt en steunt me daarbij. Heel fijn dat ik dat zo mag en kan meemaken. Iedereen heeft wel een beeld bij een klooster. In mijn beleving zijn dat grote oude gebouwen waar orde en stilte heerst. En ook een beeld bij de kloosterlingen die er wonen. Dat zijn lieve, maar misschien een beetje saaie en wereldvreemde mensen. Een weekend in het Franciscaner klooster in Megen kan dat beeld op z’n kop zetten. O zeker, het gebouw is oud, maar zoals één van de broeders het omschreef: “We leven hier niet in een museum.” Er staat gewoon een televisie en een magnetron en iedere broeder heeft een computer op zijn kamer. De stilte en orde zijn trouwens wel aanwezig. Om die te bewaren heeft iedere kamer zijn eigen functie. Naast een huiskamer is er bijvoorbeeld een aparte bibliotheek en een aparte televisiekamer. En de tuin van het klooster is ook een prachtige plaats om tot rust te komen. En mijn beeld van de bewoners is ook veranderd. Lief? Saai? Wereldvreemd? Absoluut niet!
Als onderdeel van het weekend hebben we een dvd gekeken over het leven van Franciscus. De keuzes die Franciscus maakte waren radicale keuzes: om te leven in armoede en zijn tijd te besteden aan barmhartigheid in de samenleving. Zo leven de broeders acht eeuwen later nog steeds. Ze zetten zich met hart en ziel in voor de gemeenschap, als priester, pastoraal werker, docent of verpleger. Met een gewone baan dus, waarmee ze voldoende verdienen om het klooster draaiende te houden, maar er niet financieel rijker van worden. De rijkdom die ze wel hebben is een geestelijke rijkdom. Vier keer per dag is er een kort bezinningsmoment: voor het ontbijt, voor de warme middagmaaltijd, voor de avondboterham en voor het slapen gaan. Op deze momenten wordt er gebeden en gezongen en er is een korte stilte.
Vooral bij die stilte besefte ik dat ik die te weinig ervaar in mijn dagelijkse leven. Vier keer op een dag gaat mij niet lukken, maar voor het ontbijt en voor het slapen gaan is haalbaar. En als de fut er op den duur uit gaat, dan kan ik altijd weer een weekend naar Megen om weer inspiratie op te doen. Ik denk dat het zeker de moeite waard is om volgend jaar weer een kloosterbezoek te plannen, voor mezelf, voor het geloof, voor de rust en de afwisseling vind ik het een hele fijne ervaring.
Toen ik onderweg was naar het klooster verwachtte ik dat het een rustig en stil weekend zou worden, met veel tijd voor bezinning, maar bijna het tegenovergestelde was het geval. De instelling in het klooster was dat de gasten echt met de broeders mee leefden, dus samen eten, samen bidden, naar de (gebeds)diensten en samen ontspannen ‘s avonds. Dat maakte het niet rustig, maar gaf veel mogelijkheden tot interessante gesprekken met de broeders over de manier waarop zij leefden en met het geloof omgingen. Verder waren er veel momenten gepland waarin we met de groep verdieping hadden, bijvoorbeeld over een voorwerp dat voor ieder persoonlijk emotionele waarde heeft of naar aanleiding van een documentaire over het leven van Franciscus of over levensvragen, over angsten en belangrijke zaken in het leven. Het is erg mooi, inspirerend en indrukwekkend om daar met anderen over te praten. Ook voor mijn geloof was dit weekend erg waardevol.
Tijdens de vier diensten per dag lette ik veel meer op de teksten die er gelezen en gezongen werden en door de meditatiemomenten had ik ook veel meer de kans om daar over na te denken. Ook door het praten met de broeders had ik soms het idee dat je meer de essentie van het geloof leert te begrijpen vanuit de manier waarop die mensen het geloof naleven. Al met al was ik erg blij dat ik mee kon gaan met dit kloosterweekend en ik zou iedereen zo’n (jaarlijks) bezinnings- en verdiepingsmoment in het klooster aanbevelen!
Deze pareltjes schenk ik jullie!
–– Hedwig Mensink, jongerenpastor