Gebedsdienst voor Martelaren met mgr. Hoogenboom
Voor de achtste keer organiseerde de gemeenschap van Sant’Egidio Nederland op 26 maart in de Onze Lieve Vrouwekerk te Apeldoorn (Emmaüsparochie) de oecumenische Gebedsdienst voor de Martelaren. Daarin werden christenen herdacht die het afgelopen jaar werden omgebracht vanwege hun geloof. Voorganger bij deze viering was de Utrechtse hulpbisschop mgr. Hoogenboom. Hij werd geflankeerd door de aartsbisschop van de Syrisch Orthodoxe Kerk, Mor Polycarpus, en vertegenwoordigers van onder andere de Oud-Katholieke Kerk, de Russisch-Orthodoxe Kerk en de Protestantse Kerk Nederland.
Per land werden tijdens deze herdenkingswake de namen genoemd van de mensen die in de afgelopen periode hun leven hebben gegeven omwille van het Evangelie. De actualiteit van deze herdenking werd duidelijk door de toevoeging van Arnaud Beltrame aan deze namen. Deze Franse politieagent had nog maar enkele dagen eerder vrijwillig de plek ingenomen van een gewonde caissière tijdens de gijzeling van een supermarkt in Trèbes door een jihadist. Agent Beltrame was een katholieke bekeerling die komende zomer zou trouwen. Hij kreeg in het ziekenhuis van pater Jean-Baptiste de laatste sacramenten. Volgens deze pater Jean-Baptiste kan ook alleen het geloof dit enorme offer verklaren: “Hij wist wat Jezus ons heeft gezegd: ‘Geen grotere liefde heeft hij dan die zijn leven geeft voor zijn vrienden’,” zo vertelde pater Jean-Baptiste aan de media.
Diaken Ronald Dashorst van de Emmaüsparochie is verbonden aan Sant’Egidio: “Ons gebed gaat elk jaar tijdens deze viering uit naar de christenen overal in de wereld waar grote dreiging is en zoveel mensen slachtoffer zijn van geweld. Het is mooi om ter voorbereiding op het Paasfeest samen te komen in deze oecumenische gebedsdienst, waarin we de namen lezen van de christenen die recent voor hun geloof hun leven hebben gegeven.”
In zijn overweging herinnerde mgr. Hoogenboom eraan dat “de Veertigdagentijd ook de tijd is waarin de catechumenen, de doopleerlingen, zich voorbereiden op het ontvangen van de doop in de Paasnacht. … De onderdompeling in het doopwater is het symbool van de begrafenis van de geloofsleerling in Christus’ lijden en dood, waaruit de doopleerling door de verrijzenis met Christus opstaat tot nieuw en eeuwig leven.”
Mgr. Hoogenboom: “De Heer die zijn lijden tegemoet gaat, maakt zijn leerlingen – en over hun hoofden ook ons – duidelijk dat verlangen om bij Hem te zijn, om in gemeenschap met Hem te leven in de eerste plaats betekent met hem mee-lijden. De Heer spreekt over het lijden dat Hij in Jeruzalem zal ondergaan als over een ‘doopsel’ waarmee Hij gedoopt moet worden.” De Utrechtse hulpbisschop haalde de heilige Augustinus aan, die trefzeker formuleerde waar martelaren geloof, hoop en kracht uit putten: “Alle goede christenen, maar vooral de roemrijke martelaren, kunnen zeggen: ‘Indien God voor ons is, wie zal dan tegen ons zijn?’”
Ook wij moeten ons doopsel te harte nemen, zo benadrukte mgr. Hoogenboom: “De wijwaterbakjes bij de ingang van onze kerken herinneren aan ons doopsel, waardoor wij met Hem zijn bekleed en tot een leven in Christus herboren zijn. Het doopsel dat ons behoedt en waarmerkt als bezit van God die wij Abba, Vader, mogen noemen en wiens kinderen wij zijn. De praktijk om bij het betreden van de heilige ruimte van het kerkgebouw met wijwater een kruisteken te maken verwijst namelijk naar de kerngeheimen van het katholieke geloof die we daar vieren; het leven, sterven en verrijzen van onze Heer. Het katholieke geloof waarvan we met ons leven moeten getuigen. Laten we dus niet gedachteloos langs die wijwaterbakjes Gods Huis binnengaan, maar eerst steeds de tijd nemen om – indachtig ons doopsel – aandachtig een kruis met het wijwater te maken.”
Klik hier voor de gehele tekst van de overweging van mgr. Hoogenboom
Tags: Hoogenboom, Martelaren