Emeritus pastoor J.A.J. Böhmer (93) overleden
In verzorgingshuis Aqua Viva te Nijmegen is op 12 november in de Heer overleden de zeereerwaarde heer Johannes Antonius Joseph Böhmer, priester van het Aartsbisdom Utrecht. Hij werd geboren te Duiven op 17 november 1928. Na zijn priesterwijding op 25 juli 1954 was hij achtereenvolgens kapelaan te Houten en De Bilt. Als leraar aan het kleinseminarie te Apeldoorn heeft hij in de jaren 1957 tot 1973 bijgedragen aan de muzikale en liturgische vorming van toekomstige priesters.
Op 1 augustus 1972 werd hij benoemd tot pastor in Utrecht-Zuilen (H. Jacobus/H. Ludgerus en Salvator) en vanaf 1 januari 1975 werd hij tevens benoemd als parttime dekenaal consulent voor liturgie in het dekenaat Utrecht. Met ingang van 20 maart 1976 werd hij benoemd tot pastor en deservitor van de H. Bavoparochie te Harmelen en op 20 september 1981 volgde zijn benoeming als pastor en deservitor van de parochie H. Helena te Aalten. Per 1 oktober 1989 werd hij benoemd tot pastoor van de Johannes Geboorte- en Verrijzenis des Herenparochie te Wageningen. Met ingang van 1 september 1994 werd hij benoemd tot pastoor van de O.L.Vrouw van Zeven Smartenparochie te Haalderen. Op 1 september 1997 ging hij met emeritaat.
“Jan Böhmer was een oprecht, beminnelijk mens, serieus van aard, die wel van humor hield maar altijd gericht was op de inhoud,” zo schrijft kardinaal Eijk in het overlijdensbericht dat het Aartsbisdom Utrecht heeft verzonden. Kardinaal Eijk: “Met zijn studieuze aard hield hij ervan de zaken goed te analyseren. Hij was bescheiden maar liet ook niet over zich heen lopen. Hij was betrokken op zijn familie en hield de verjaardagen bij. Zijn geloof uitte zich zoals hij was: sober en degelijk. Als pastor was hij mild en eerlijk en erop gericht om de diverse groepen en meningen in zijn parochie recht te doen, zonder dat hij alles goed vond. Hij ging in debat als hij vond dat iets niet klopte, maar altijd op een wijze die respect afdwong.”
Böhmer studeerde, toen hij al priester gewijd was, musicologie aan de Rijksuniversiteit Utrecht en was vervolgens 15 jaar als muziekleraar verbonden aan het kleinseminarie in Apeldoorn. Daarnaast was hij de muzikaal leider van de zang in de kapel. Na zijn emeritaat vestigde hij zich met zijn huisgenote Ria Veldman te Wijchen. Kardinaal Eijk: “Daar wijdde hij zich aan de kerkmuziek tot zijn gezichtsvermogen hem in de steek liet.” Böhmer componeerde orgelbegeleidingen en zette de wisselende gezangen op muziek. Zijn orgelbegeleidingen in de serie ‘Harmoniale’ hadden een pastoraal doel: ze waren bedoeld voor amateurmusici in parochies. “Zijn muziek en zijn teksten waren zoals hijzelf: sober, stijlvol en degelijk, met een ondertoon van nuchtere vroomheid,” aldus kardinaal Eijk. “Een van zijn laatste werken was een poëtische vertaling van de ‘The King of Love my shepherd is’; in zijn vertaling: ‘Mijn herder is de liefdesvorst’. Moge Die hem nu ‘op Zijn schouders leggen en veilig huiswaarts dragen.’ Gaarne verzoek ik u om hem in uw gebed te gedenken.”
De Eucharistieviering ten uitvaart zal plaatsvinden op zaterdag 19 november om 11.00 uur in de H. Antonius Abtkerk aan de Oosterweg te Wijchen. Voorafgaand is er van 10.15 tot 10.45 uur gelegenheid om afscheid van hem te nemen en de familie te condoleren. Aansluitend zal de teraardebestelling plaatsvinden op het kerkhof aldaar.
Klik hier voor het volledige overlijdensbericht