Drie veel gestelde vragen protocol ‘kerkelijk leven op anderhalve meter’
Het protocol ‘kerkelijk leven op anderhalve meter’ bestaat uit drie delen, bestemd voor de gelovigen, de bedienaren (inclusief de kosters) en degenen die logistiek en veiligheid in de kerkgebouwen behartigen. Na de publicatie van het protocol ‘kerkelijk leven op anderhalve meter’ op 20 mei, zijn er bij het Secretariaat Rooms-Katholiek Kerkgenootschap (SRKK) meerdere vragen binnengekomen. Drie veel gestelde vragen worden hieronder beantwoord.
Waarom publicatie van het protocol daags voor Hemelvaart?
Enerzijds was vanuit de parochies en instellingen de druk groot om de maatregelen snel bekend te maken. Anderzijds hield de overheid bij de aangekondigde versoepelingen op 6 mei 2020 nog een slag om de arm voor wat betreft de datum van 1 juni. Het was uiteindelijk op dinsdagavond 19 mei 2020 dat de overheid definitief aangaf de aangekondigde versoepeling per 1 juni 2020 niet te gaan terugdraaien. Op woensdag 20 mei kwamen de diocesane bisschoppen in vergadering bijeen en werden de voorbereide protocollen definitief vastgesteld. Diezelfde avond is een begin gemaakt met het verspreiden van de protocollen naar de parochies en instellingen.
De negen dagen van Hemelvaart op weg naar Pinksteren geven ons als Kerk de gelegenheid om ter voorbereiding van de nieuwe start in gezamenlijkheid te bidden om de Heilige Geest, om wijsheid en de nodige zorgvuldigheid terwille van de veiligheid.
De bisschoppen vinden een geleidelijke herstart in de kerken en instellingen belangrijk. Dit biedt de tijd om vanaf 1 juni het vieren een aantal dagen in de nieuwe situatie en in gezamenlijkheid te oefenen. Vanaf zondag 14 juni, het hoogfeest van Sacramentsdag, wordt vervolgens weer de Heilige Communie uitgereikt. In de maand juni wordt gevierd met maximaal 30 aanwezigen en vanaf 1 juli met maximaal 100 mensen, wanneer dit ter plaatse mogelijk is.
Hoe is het protocol tot stand gekomen?
De bisschoppen hebben in voortdurende afstemming met elkaar gewerkt aan de opstelling van het protocol. Daarbij is steeds gekeken naar concrete vragen over waardig en liturgisch passend vieren binnen de kaders van de Katholieke Kerk, naar de bepalingen van de Nederlandse overheid en is rekening gehouden met inzichten van deskundigen (virologen). Daarbij is ook gekeken naar protocollen die ontwikkeld werden of zijn door andere bisschoppenconferenties en in andere landen.
Het opstellen van drie onderscheiden protocollen (gelovigen, bedienaren, kerkgebouwen) maakt duidelijk dat de bisschoppen zien dat specifieke betrokkenheid en verantwoordelijkheid van allen in parochies en instellingen cruciaal zijn bij de voortgang van het kerkelijk leven en dat er veel wordt gevraagd waar het gaat om samenwerking en afstemming ter plaatse met het oog op veiligheid en de nodige zorgvuldigheid.
Hoe kijken de bisschoppen nu naar de periode vanaf februari en naar de tijd die voor ons ligt?
De bisschoppen hebben ondervonden hoe heftig deze periode van corona is en hoe intens de inzet en betrokkenheid is van veel gelovigen, van priesters en diakens en anderen die meewerken in het pastoraat en de diaconie, in parochies en instellingen. Voor die inzet zijn ze dankbaar en ze hopen daarop verder te kunnen bouwen.
Het verlangen om te kunnen samen komen voor de viering van de Eucharistie en de Heilige Communie te kunnen ontvangen is groot. Het deed en doet pijn dat dit niet kon. Ook is er teleurstelling voelbaar bij geloofsleerlingen, bij ouders die hun kind ten doop wilden houden, bij eerste communicanten en vormelingen. Er zijn huwelijksstellen die besloten om hun huwelijksviering uit te stellen.
Schrijnend zijn de situaties waarin mensen afscheid moesten nemen van hun dierbaren die stierven, dikwijls gerelateerd aan het coronavirus. Extra moeilijk was dat een uitgebreide uitvaart in kerken niet mogelijk was. Er was een onbestemd gevoel dat men niet echt toe kwam aan rouw en verdriet.
Veel priesters hebben in trouw aan hun dienstwerk het vieren van de Eucharistie van dag tot dag voortgezet, dikwijls ook met faciliteiten middels streaming. Het opdragen van de Heilige Mis, hoezeer ook achter gesloten deuren, is en blijft van vitaal belang voor de opbouw van de Kerk, voor de noden in Kerk en wereld.
Ook al waren publieke vieringen niet mogelijk, in veel parochies en instellingen bleven priesters, diakens, en anderen die meewerken in het pastoraat en ook talloze vrijwilligers actief en creatief om in situaties van afstand en eenzaamheid de pastorale zorg en de diaconale inzet van de Kerk concreet door te zetten en zo de zending van de Kerk gestalte te geven.
Samen blijven bidden is belangrijk
De versoepeling vanaf 1 juni 2020 betekent niet dat alle zorgen om de verspreiding van het virus nu voorbij zijn. De bisschoppen hebben met elkaar de hoop uitgesproken dat met behulp van het protocol ‘kerkelijk leven op anderhalve meter’ goede stappen kunnen worden gezet in de parochies en instellingen van de Nederlandse kerkprovincie om liturgische vieringen met actieve deelname van de gelovigen op zorgvuldige wijze mogelijk te maken en dat besmettingen achterwege zullen blijven. Het is nog niet te zeggen hoe lang het protocol blijft gelden. Verdere ontwikkelingen met betrekking tot het virus zijn op dit moment niet duidelijk. Zodra veranderingen ten goede mogelijk zijn, worden deze gecommuniceerd. Het kan echter ook zijn dat er stappen terug gezet moeten worden.
De bisschoppen zijn blij dat er weer perspectief is op het samen kunnen vieren van de Heilige Mis, aanvankelijk met 30 en hopelijk vanaf 1 juli met 100 gelovigen. Het is belangrijk om samen te blijven bidden dat er een vaccin wordt gevonden en wereldwijd een einde komt aan de pandemie.
UPDATE 25 JUNI:
Naar aanleiding van de persconferentie van het kabinet op 24 juni zijn het factsheet en de protocollen op een aantal punten aangepast.
Klik hier voor deze nieuwe versies.