Aartsbisdom > Nieuws > Diocesane fase zaligverklaringsproces Dorothea Visser afgerond

Diocesane fase zaligverklaringsproces Dorothea Visser afgerond

In het bisschopshuis aan de Maliebaan vond op 27 februari de officiële zitting plaats ter afsluiting van de diocesane fase van het zaligverklaringsproces van Dorothea Visser. Tijdens deze sluitingssessie werden onder meer de documenten van het onderzoek naar het leven en de deugden van de Dienares Gods Dorothea Visser gecontroleerd en de dossiers verzegeld.

Mgr. dr. S. van Calster, de ‘delegatus episcopalis’ van de kerkelijke rechtbank ten behoeve van dit zaligverklaringsproces, leidde de zitting in goede banen. Omdat kardinaal Eijk vanwege het aftreden van de paus vandaag afreisde naar Rome had hij, als aartsbisschop van Utrecht, hulpbisschop mgr. Hoogenboom aangewezen als zijn gedelegeerde. Daarnaast waren pastoor drs. M. Schyns (promotor iustitiae) en dr. A. Habets (notarius) aanwezig, evenals de vice-postulator van het zaligverklaringsproces, dr. W. Hilgeman. Ook de leden van de historische commissie, de Stichting Vrienden van Dora Visser en een aantal mensen uit haar geboorteplaats Gendringen waren naar de zitting gekomen.

kerkelijke-rechtbank-1
De dossiers worden ingepakt; mgr. Van Calster staat ondertussen de pers te woord

Ontstaansgeschiedenis
Mgr. Hoogenboom opende de sessie door de Evangelielezing van de dag voor te lezen, gevolgd door het gebed ter bevordering van de zaligverklaring van Dorothea Visser. Hierna legde mgr. Van Calster de procedure van de zitting uit, gevolgd door een relaas over de ontstaansgeschiedenis van het dossier. Hij besloot met de mededeling dat het werk van de kerkelijke rechtbank “op een positieve wijze op 27 februari 2013 kon worden afgesloten. Uit alle getuigenissen van de archieven blijkt dat zowel tijdens haar leven als bij haar dood en ook daarna Dora als een heilige werd beschouwd,” aldus mgr. Van Calster.
Na het afleggen van de eed door de leden van de rechtbank en de controle plus het stempelen en ondertekenen van de documenten, werd mgr. Van Calster benoemd tot ‘porteur’, ‘drager’, van het dossier naar Rome. Hij zal het dossier aanbieden aan de apostolisch nuntius in Nederland, die het vervolgens per diplomatieke post naar Rome zal brengen. Hierdoor is er geen risico dat de dossiers bij douanecontrole geopend worden – het zegel mag immers alleen in Rome verbroken worden.
Vervolgens werden de dossiers – het origineel en twee kopieën – ingepakt en verzegeld. Het origineel blijft in het aartsbisdom (mgr. Hoogenboom borg dit direct na de zitting ‘achter slot en grendel’ op); de twee kopieën gaan naar Rome. Mgr. Hoogenboom sloot de zitting vervolgens af met de mededeling dat vice-postulator dr. Hilgeman per 28 februari is benoemd tot postulator en wenste hem veel succes en Gods zegen bij zijn werkzaamheden. Samen met de aanwezigen bad hij tot besluit het ‘gebed voor de keuze van een paus’ zoals dat op de gebedskaart staat die de Nederlandse bisdommen deze week verspreidden.

kerkelijke-rechtbank-3
Mgr. Hoogenboom en mgr. Van Calster verzegelen het dossier

Benoeming dr. Hilgeman
Dr. Waldery Hilgeman, een Nederlandse kerkjurist die in Rome ambtelijk betrokken is bij diverse zalig- en heiligverklaringsprocessen, is op voordracht van kardinaal Eijk en met goedkeuring van de Heilige Stoel eveneens benoemd tot postulator in de apostolische fase van het zaligverklaringsproces van de Dienaar Gods Alphons Ariëns.
Een postulator treedt op als officiële begeleider en aanvrager van een proces tot zalig- of heiligverklaring. Dr. Hilgeman volgt als postulator mgr. K. Kasteel op. Kardinaal Eijk heeft mgr. Kasteel hartelijk dank gezegd voor het werk dat hij in de afgelopen drie jaar als postulator heeft verricht.

kerkelijke-rechtbank-4
Dr. Hilgeman assisteert bij het verzegelen

In de apostolische fase (Heilige Stoel) wordt beproefd wat er op diocesaan niveau is vastgesteld (het leven en de christelijke deugden). De postulator dient onder meer te bewijzen – door middel van een positio, een soort ‘scriptie’ – dat de betrokken persoon de christelijke deugden op heldhaftige wijze heeft beoefend en de bewijsvoering van de wonderen te verzorgen, die op voorspraak van de kandidaat-zalige of kandidaat-heilige zijn geschied. Als deze positio geschreven is, moeten de leden van de Congregatie voor de Zalig- en Heiligverklaringen het dossier goedkeuren. Als dit is gebeurd, dan krijgen de Dienaar Gods Alphons Ariëns en de Dienares Gods Dorothea Visser de titel van ‘Eerbiedwaardige Dienaar Gods’. Deze titel is absoluut nodig om zalig of heilig verklaard te kunnen worden.
In de meeste gevallen moet er vervolgens sprake zijn van een wonder dat toegeschreven wordt aan het inroepen van de voorspraak van de ‘Eerbiedwaardige Dienaar Gods in wording’. Zowel de zaligverklaringsprocessen van de Dienaar Gods Alphons Ariëns als van de Dienares Gods Dorothea Visser zijn nu onder de competentie van de Congregatie voor de Zalig- en Heiligverklaringen.

Alphons Ariëns
Alphons Ariëns (1860-1928) kreeg bekendheid als drankbestrijder en voorvechter van de arbeidersrechten, vooral in de stad Enschede. Zijn zaligverklaringsproces startte in 1958. In januari 2005 riep het Aartsbisdom Utrecht op tot getuigenissen over Alphons Ariëns, een nieuwe stap in het proces dat uiteindelijk moet leiden tot zijn zaligverklaring. Op 9 mei 2005 installeerde kardinaal Simonis een diocesane rechtbank die moet vaststellen of rondom de persoon van Ariëns een bepaalde verering is ontstaan en dat hij ‘door het volk’ als een heilige wordt beschouwd en ervaren. Priester H. ten Have van het Aartsbisdom Utrecht publiceerde eind 2008 een biografie over Ariëns (‘De liefde van Christus laat ons geen rust’), waarin diens spiritualiteit centraal staat.

Dora Visser
De mystica Dorothea (Dora) Visser (1819-1876), die vanaf haar twaalfde jaar gedeeltelijk verlamd was, zou eind 1843 voor het eerst de stigmata hebben ontvangen. Een speciale tijdelijke rechtbank van het Aartsbisdom Utrecht zette in september 2005 een eerste stap op weg naar haar zaligverklaringsproces. Op haar voorspraak was, zo stelde de rechtbank vast, zes jaar eerder een man die niet meer kon lopen op onverklaarbare wijze genezen. Deze bevindingen zijn naar de Heilige Stoel gestuurd, waar beoordeeld moet worden of er daadwerkelijk sprake is van een wonder.

kerkelijke-rechtbank-5
Mgr. Hoogenboom en mevr. Thea Broekhuizen, voorzitter van de Stichting Vrienden van Dora Visser

Foto bovenaan: Het verzegelen van de dossiers

Tags: ,