In een zeer hartelijke sfeer vond op 3 februari de vijfde ontmoetingsdag plaats voor religieuzen in het Aartsbisdom Utrecht. De ongeveer 50 deelnemers genoten gastvrijheid in de Priorij Emmaus van de Kanunnikessen van het Heilig Graf te Maarssen. Namens het Aartsbisdom Utrecht waren behalve kardinaal Eijk en hulpbisschoppen Hoogenboom en Woorts ook de vicarissen Cornelissen en Pauw aanwezig.

Mgr. Hoogenboom: “Het was verheugend dat dit keer, meer nog dan in voorgaande jaren, jonge religieuzen gehoor hadden gegeven aan de uitnodiging van kardinaal Eijk voor deze ontmoetingsdag.” Zo waren er enkele broeders van Sint Jan die wonen in de communiteit in de pastorie van de Gerardus Majella parochie te Utrecht. Daarnaast waren de vijf leden van de Braziliaanse gemeenschap Shalom uit Renkum en de vier Colombiaanse Misioneros de Cristo Maestro (woonachtig in een communiteit in Utrecht) aanwezig. Mgr. Hoogenboom: “Aldus werd in het door paus Franciscus uitgeroepen ‘Jaar van het Godgewijde Leven’ heel duidelijk zichtbaar dat er aan de stam van het religieuze leven in het Aartsbisdom Utrecht in de laatste jaren diverse nieuwe loten ontsprongen zijn, hetgeen ook veel oudere religieuzen met dankbaarheid en als bemoediging constateerden.”

‘Geestelijk kapitaal’
In zijn welkomstwoord stond kardinaal Eijk stil bij ‘Jaar van het Godgewijde Leven’. Hij benadrukte dat paus Franciscus in zijn apostolische brief van november 2014onder meer de bisschoppen aanspoort “om religieuze gemeenschappen te omarmen als een geestelijk kapitaal van de Kerk.” Het religieuze leven is volgens paus Franciscus niet iets dat binnen de Kerk een geïsoleerd bestaan leidt. Het is ook geen marginaal fenomeen in de Kerk, maar “behoort op innige wijze tot haar en het ligt na aan het hart van de Kerk als beslissend element van haar zending.”
“Ook voor het Aartsbisdom Utrecht is de aanwezigheid van religieuzen daarom onmisbaar. Wij juichen dan ook van harte het streven toe van een aantal religieuze gemeenschappen in ons aartsbisdom om nieuwe leden uit andere landen en continenten aan te trekken.”

Drie doelen
In zijn homilie haalde kardinaal Eijk de drie doelen aan die paus Franciscus met het ‘Jaar van het Godgewijde Leven’ voor ogen staat: met dankbaarheid naar het verleden kijken, de huidige tijd met passie beleven en de toekomst hoopvol omarmen. Kardinaal Eijk: “Met dankbaarheid kijken naar het verleden, maar niet met nutteloze nostalgie. Het gaat erom met dankbaarheid terug te gaan naar het eerste begin van de orde of congregatie, te zien hoe God de stichter riep en hoe de orde of congregatie begon als een klein zaadje. Door de inwerking van de Heilige Geest groeide zij uit tot een grote boom met allerlei takken, die staan voor diverse werkzaamheden in de pastoraal, de gezondheidszorg, de opvang van wezen en het onderwijs.” Na vijftig jaar ontkerkelijking is er veel verdwenen, “maar de Heer kan ook met weinig medewerkers veel tot stand brengen.”

“Op de tweede plaats roept de paus ons op ‘om de huidige tijd met passie te leven.’ Na gekeken te hebben wat Gods Geest in het verleden tot de Kerk te zeggen heeft gehad, kunnen we ook beter verstaan wat Hij nu tot ons te zeggen heeft. Er is één regel voor het religieuze leven in absolute zin, een regel die altijd blijft en dat is het Evangelie. De zorg die Jezus voor mensen in nood aan de dag legt, willen religieuzen door hun speciale toewijding aan God en een leven volgens de drie Evangelische raden beleven.”
Het derde doel is de ‘de toekomst hoopvol omarmen.’ Kardinaal Eijk: “Kan dat wel? Met zo weinig roepingen? En kijk eens naar de vergrijzing. Paus Franciscus roept ons op om juist in deze situatie te getuigen. Onze hoop is niet gesteld op statistieken, maar op Hem op Wie wij ons vertrouwen hebben gesteld (1 Tim 1,12) en voor Wie niets onmogelijk is (Lc. 1,37).”