In sommige media werd hedenochtend melding gemaakt van enkele wijzigingen in de samenstelling van de staf van het aartsbisdom Utrecht. De berichtgeving daaromtrent bevat de volgende onjuistheden.

I. De perschef van het aartsbisdom, dhr. L.G. Sinselmeijer, zou op staande voet zijn ontslagen. Zulks is echter niet het geval. Dhr. Sinselmeijer is op non-actief gesteld. Aangezien het de rechtspositie van een concrete werknemer van het aartsbisdom betreft, kunnen hierover verder geen mededelingen worden gedaan.

II. Het hoofd personeelszaken zou onlangs zelf zijn opgestapt. Ook dit bericht is onjuist. Het hoofd personeelsdienst en pastorale organisatie is werkzaam voor het aartsbisdom op dezelfde wijze als hij dat de jongste bijna acht jaren is geweest.

III. Eerder al zou de aartsbisschop, mgr. dr. W.J. Eijk, vicaris-generaal dr. P.A.G. Rentinck hebben ontslagen. Dit bericht ontbeert eveneens feitelijke grondslag. Door het ontslag van zijn bisschop verliest een vicaris-generaal automatisch van rechtswege zijn ambt. Dat betekent dat vicaris-generaal Rentinck zijn ambt verloor op 14 april 2007, de dag waarop de ontslagaanvraag van de toenmalige aartsbisschop van Utrecht, dr. A.J. kardinaal Simonis, werd aanvaard door de paus.
Een nieuw aantredende bisschop heeft het recht om een vicaris-generaal naar eigen keuze te benoemen. Bij de keuze door mgr. Eijk speelde een belangrijke rol dat hij van meet af aan wilde samenwerken met een vicaris-generaal die nog vele jaren in functie kan blijven. Op grond van zijn leeftijd (47) is dat met de huidige vicaris-generaal, mgr. Hoogenboom, beter mogelijk dan met zijn voorganger, die 68 is.

J.L.W. Zuijdwijk,
perschef a.i. en secretaris-generaal van het aartsbisdom Utrecht