In de Mariakerk in Apeldoorn werd op 27 maart de jaarlijkse Chrismamis gevierd. Vertegenwoordigers van de kerklocaties in het Aartsbisdom Utrecht kregen na afloop een setje van de drie HH. Oliën mee. Deze waren door kardinaal Eijk zojuist gewijd. Ze waren zelf ook niet met lege handen gekomen: ze brachten spullen mee voor de Voedselbank van Apeldoorn, ten behoeve van de voedselpakketten die voor Pasen samengesteld worden. Deze worden voorzien van een Paasgroet aangeboden aan mensen met financiële problemen.

Tijdens de Mis vernieuwden de vele aanwezige priesters hun wijdingsbeloften ten overstaan van de bisschop. Nieuw element was een persoonlijk getuigenis, gegeven door het echtpaar Zweitse en Bea Klein. Zij waren afgelopen Pasen als volwassenen in de Rooms-Katholieke Kerk opgenomen en vertelden onder meer wat God in hun leven betekent. Voor Zweitse Klein is God “onvoorwaardelijk liefde. Als je je hart daarvoor opent – en dat is niet altijd eenvoudig in deze tijd – dan ervaar je een enorme zekerheid en trouw.” Die heeft hij ook ervaren toen hij eind vorig jaar zijn baan verloor – onlangs kon hij aan een nieuwe baan beginnen. “Gezien mijn leeftijd een klein wonder.”

‘Diepe ontroering’
Bea Klein heeft ondervonden dat ze bij God haar verhaal kwijt kan: “Samen wisselen wij hele gesprekken over en weer, zowel leuke als moeilijke vragen, waar ik dan ook antwoord op krijg. Zelfs bij hele moeilijke beslissingen biedt God mij hulp. En Hij leidt mij dan weer verder op weg.”
De Eucharistie ervaart Zweitse Klein als “een moment van diepe ontroering. Het ontvangen van het Lichaam van Christus, en daardoor een persoonlijke band met Hem te hebben, geeft een intens gevoel van eerbied en dankbaarheid, dat Hij zijn leven voor ons heeft gegeven tot vergeving van de zonden.” Voor Bea Klein geeft het ontvangen van het Lichaam van Christus “een gevoel van diepe ontroering in het samenzijn met Christus.”

Re-evangelisatie
In zijn preek stond kardinaal Eijk stil bij de betekenis van Christus’ woorden wanneer Hij de woorden van Jesaja (‘de geest des Heren is over Mij gekomen, omdat Hij Mij gezalfd heeft…’) op zichzelf toepast. Kardinaal Eijk: “Wat leek te slaan op een profeet die in moeilijke dagen steun biedt aan het joodse volk, gaat over de gezalfde: Christus. Hij kan als geen ander licht brengen op wie God is en ons met Hem in contact brengen.”
Dat is ook een boodschap voor ons in deze tijd, aldus de kardinaal, die het recente conclaaf aanhaalde. “Toen vroegen journalisten mij: Waar moet de nieuwe paus als eerste zijn tanden in zetten? Het antwoord ligt voor de hand: re-evangelisatie. Voor velen is het licht van het Evangelie uitgedoofd en dit breidt zich ook uit over de andere continenten.” De huidige tijd is vergelijkbaar met die van de Babylonische ballingschap van het joods volk, aldus de kardinaal: “Nu is de tijd om mensen te bevrijden uit de boeien van een eenzijdig materialistische levenshouding. We zijn halverwege het Jaar van het Geloof dat paus Benedictus XVI heeft uitgeroepen. We moeten niet achterover leunen, is de boodschap voor ons allemaal. We zijn allen gezalfd met de Heilige Geest. Vaak hoor je ‘geloof is prima, maar dan wel achter de voordeur en niet in het publieke domein.’ Maar het Pinksterfeest geeft al aan dat het geloof niet alleen voor privégebruik is.” Met Pinksteren verkondigden de leerlingen van Jezus het geloof en verstond iedereen hen in hun eigen taal – en dat gebeurt nu nog: het Evangelie wordt wereldwijd verkondigd in de eigen taal van mensen. Kardinaal Eijk: “Niemand in deze wereld mag ons het recht ontnemen om de boodschap van Christus uit te dragen. Het is onze plicht dat te doen. Alle mensen hebben het recht om ermee kennis te maken. Dan zien ze het Licht en het doel van het leven: Gods Koninkrijk.”
“We zijn in wezen een missionaire Kerk,” zo besloot de kardinaal. “Ik wil u allen oproepen om in de parochie werk te maken van de re-evangelisatie. Door goede catechese, Alphacursussen, Geloven Nu-bijeenkomsten. Dan kan iedereen ontdekken hoe weldadig het is als het Licht van Christus over je leven straalt.”

Behalve een setje met de HH. Oliën kregen de vertegenwoordigers van de locaties een tasje met materialen mee met daarin de groet van de aartsbisschop, een suggestie voor een begeleidend woord, drie exemplaren van het boekje ‘Lichtweg met kinderen voor de Paastijd’, een set prentjes van paus Franciscus, een set prentjes van het Jaar van het Geloof en folders over ‘priester worden’ en ‘permanent diaken worden’.