Aartsbisschop Eijk bezoekt diaconale projecten Apeldoorn
Aartsbisschop Eijk en mgr. Hoogenboom bezochten op 10 december enkele diaconale projecten in Apeldoorn. Zij werden vergezeld door pastoor Harrold Zemann van de plaatselijke Emmaüsparochie, diaken Ronald Dashorst en diocesaan diaconaal werker Ina van de Bunt-Koster. Op het programma stonden onder meer een bezoek aan inloophuis De Herberg, een rondleiding bij dak- en thuislozenopvang Omnizorg en de bezichtiging van de expositie ‘De ongezien gezien’.
De dag besloot met een maaltijd voor dak- en thuislozen in de pastorie van de Mariakerk gevolgd door een vesperviering met de Sint Egidiusgemeenschap. Deze gemeenschap, ontstaan in Rome en onder meer succesvol in Antwerpen, probeert nu in vaste voet aan de Apeldoornse grond te krijgen. Diaken Ronald Dashorst zei blij te zijn dat beide bisschoppen “hier in Apeldoorn zijn om de combinatie van liturgie en diaconie te zien, zoals die in de Sint Egidiusgemeenschap vorm krijgt. Beide elementen versterken elkaar en zorgen voor onderlinge vruchtbaarheid. Je biedt hulp vanuit het hart en sluit vriendschap met de mensen, ook dat is een belangrijk aspect. Vanuit Antwerpen hebben we hulp gekregen, één keer per maand kwamen mensen van de Sint Egidiusgemeenschap hierheen om ons te helpen.”
Mgr. Eijk dankte Zemann en Dashorst voor de uitnodiging om dit jaar naar Apeldoorn te komen voor het diaconale werkbezoek. Hij vertelde van zijn bekendheid met St. Egidius: “In Rome, waar deze beweging is ontstaan, heb ik St. Egidius ‘in actie’ gezien in hun mooie combinatie van diaconie en vespervieringen. Een St. Egidiusgemeenschap stichten is op diverse plaatsen in Nederland geprobeerd, het zou mooi zijn als dit in Apeldoorn een succes wordt.”
Mgr. Eijk en diaken Dashorst in gesprek met een bezoeker van De Herberg
Aartsbisschop Eijk en mgr. Hoogenboom bezochten ‘s ochtends inloophuis De Herberg, waar ze een ontmoeting hadden met vertegenwoordigers van het interkerkelijke Citypastoraat, de r.-k. diaconie en de MOV-groep. Het inloophuis telt zo’n 70 vrijwilligers en één betaalde kracht. Elke dag bezoeken zo’n 25 à 30 mensen het inloophuis voor ontmoeting, gezelligheid en koffie: daklozen maar ook eenzame mensen. Twee maal per week is er soep en enkele malen per maand een warme maaltijd. Op de tweede en de laatste zondag van de maand worden ook zondagsvieringen verzorgd. De Herberg biedt eveneens steun met budgettering en houdt een spreekuur voor hulpvragen, “maar we zijn géén hulporganisatie,” benadrukt Oege Wierda, voorzitter van het Citypastoraat. “We bieden een eerste helpende hand en verwijzen door naar professionele hulpverleners.”
Op de eerste verdieping van het pand houden onder meer de rooms-katholieke en de protestantse diaconie kantoor. De delegatie van de r.-k. diaconie in de Emmaüsparochie gaf een overzicht van de eigen activiteiten, zoals één keer per maand een maaltijd voor dak- en thuislozen, inspelen op individuele hulpvragen en een Kerstactie waarin de schrijnende gevallen iets extra’s krijgen. Aartsbisschop Eijk was onder de indruk: “Het Aartsbisdom Utrecht is enkele jaren geleden gestart met het fusieproces van Parochiële Caritasinstellingen, in de hoop dat deze krachtenbundeling tot nieuwe initiatieven zou leiden. Hier in Apeldoorn was dat proces al langer aan de gang en in die zin heeft Apeldoorn een voorbeeldfunctie.”
Bezoek aan Omnizorg
‘s Middags werd een bezoek gebracht aan Omnizorg Apeldoorn, dat opvang en onderdak biedt aan dak- en thuislozen, verslaafden en GGz-cliënten. In totaal betreft het 150 cliënten, van wie er 85 ook een slaapplek hebben in het pand. Het is een in Nederland unieke opzet: in het pand zijn allerlei verschillende functies ondergebracht voor opvang, zorg, wonen en werk – “een integraal zorgaanbod” aldus Ron Bakker die de rondleiding verzorgde. Ook is er een gebruikersruimte en wordt er onder medisch toezicht heroïne verstrekt. Rehabilitatie is de grondgedachte van Omnizorg Apeldoorn, daarom zijn er ook winkels onderin het pand waar de dak- en thuislozen ervaring op kunnen doen. De slaapzalen varieerden van nachtopvang (tien plekken) tot eenpersoonskamers. “Wie progressie boekt kan via een vierpersoons en een tweepersoonskamer in een eigen kamer terecht komen,” vertelde Bakker. “Ze stijgen letterlijk in het gebouw, met als uiteindelijke doel een eigen woning.”
Fototentoonstelling De Ongeziene Gezien
Vervolgens bezochten de bisschoppen de fototentoonstelling ‘De Ongeziene Gezien’. Ronald Dashorst en één van de prijswinnende fotografen leidden de bisschoppen rond. Met dit project, dat de Ariënsprijs 2010 won, wordt ‘de ongeziene gezien’ en in beeld gebracht. De foto’s mochten nadrukkelijk pas genomen worden na toestemming van de gefotografeerde, waardoor men werd uitgedaagd om die ander echt te zien, om die ander echt te ontmoeten en om voorbij de buitenkant te kijken, met de ogen van het hart.
Ongeveer 70 dak- en thuislozen (jong en oud) meldden zich rond 17.30 uur voor een warme maaltijd in de pastorie van de Mariakerk: bijna het dubbele van het verwachte aantal. Gelukkig was er voldoende eten voor iedereen. De maaltijd was bereid door de leden van de Egidiusgemeenschap Apeldoorn. Mgr. Eijk en mgr. Hoogenboom aten mee met deze gasten en raakten in gesprek over hun situatie en perspectieven.
Daarna maakten de Utrechtse bisschoppen kennis met drie leden van de Egidiusgemeenschap uit Antwerpen. Ook leden van de Egidiusgemeenschap uit Amsterdam waren aanwezig. Ruim 80 mensen woonden de vesperviering in de parochiekerk bij, waarin mgr. Eijk een diaconale preek hield.