De inauguratie van paus Franciscus vond plaats op dinsdag 19 maart, zes dagen nadat het ‘habemus papam’ over het Sint Pietersplein had geklonken. Voorafgaand aan de Eucharistieviering op 19 maart op datzelfde Sint Pietersplein legde kardinaal-diaken Tauran paus Franciscus het pallium op, waarna kardinaal-deken Sodano de paus de vissersring om de vinger schoof.

Het pallium en de vissersring waren de avond tevoren bij het graf van Sint Petrus neergelegd, ze werden voor aanvang van de Mis in een processie met de kardinalen naar het Sint Pietersplein gebracht. Daar wachtte een grote menigte de paus op. Eerder die ochtend had de paus rijdend in een open jeep de mensen op het plein begroet.

In de uitoefening van zijn taak wil hij vooral dienstbaar zijn, zo benadrukte paus Franciscus. In zijn preek ging hij in op Sint Jozef, van wie het Hoogfeest op deze dag wordt gevierd. Jozef is een “beschermer”, aldus de paus, “omdat hij in staat is Gods stem te horen en zich door diens wil te laten leiden. En om deze reden is hij des te gevoeliger voor degenen die aan zijn bescherming zijn toevertrouwd.” Paus Franciscus riep onder meer op tot de bescherming van de zwaksten in de samenleving. Hij noemde daarbij onder meer ouderen, de armen en “mensen aan wie wij het laatst denken.” Hij riep de aanwezige staatshoofden en alle mensen van goede wil op beschermers te zijn van de schepping, van Gods plan, van elkaar en van het milieu. Maar ook over onszelf moeten wij waken, aldus de paus: “Laten we niet vergeten dat haat, nijd en hoogmoed ons leven verontreinigen. Als beschermers moeten wij ook blijven waken over onze emoties, over ons hart, want zij zijn de bron van goede en kwade bedoelingen.”

Politieke en religieuze leiders uit ongeveer 130 landen waren bij de inauguratie aanwezig. Vanuit Nederland waren prins Willem-Alexander, prinses Máxima en premier Mark Rutte vertegenwoordigd. De premier twitterde een foto van het drietal (zie boven). Kardinaal Eijk, bisschop Wiertz van Roermond (vice-voorzitter van de Bisschoppenconferentie) en kardinaal Simonis woonden eveneens de plechtigheid bij.