Ludgerushuis ingezegend door kardinaal Eijk
Kardinaal Eijk, aartsbisschop van Utrecht, heeft op 30 augustus in Utrecht tijdens een gebedsviering de woning van vier Colombiaanse priesterstudenten ingezegend. Ze zijn lid van de congregatie Misioneros de Cristo Maestro (Missionarissen van Christus Leraar) en hebben zich op uitnodiging van kardinaal Eijk in het Aartsbisdom Utrecht gevestigd. Hun woning heeft de naam Ludgerushuis gekregen, een verwijzing naar de heilige Ludger.
Deze missionaris en bisschop werd geboren in de buurt van Utrecht en geldt als voltooier van het werk van de grote Angelsaksische missionarissen Willibrord en Bonifatius. “We zijn God zeer dankbaar dat we jullie hier in Utrecht mogen verwelkomen,” zo benadrukte kardinaal Eijk tijdens de bijeenkomst. Daarbij waren ook de ‘Nederlandse’ studenten van het Ariënsinstituut aanwezig en de hulpbisschoppen Hoogenboom en Woorts. De vier Colombiaanse priesterstudenten zijn voor hun priesterlijke vorming toevertrouwd aan de priesteropleiding het Ariënsinstituut en zullen daar meeleven met het dagelijkse programma, hun opleiding volgen ze eveneens in Utrecht. Eén van de vier studenten is al enkele jaren in Nederland, de andere drie zijn pas enkele dagen geleden op Schiphol geland. Zij zullen eerst een intensieve taalcursus volgen. Voor de inzegening van hun huis was pater Rodriguez MCM, vicaris-generaal van de congregatie, speciaal uit Toulon overgekomen.
Kerststal
Kardinaal Eijk riep in zijn overweging de kerststal in herinnering, die Franciscus van Assisi in de 13de eeuw introduceerde met Christus in een voederbak in een stal. Op een fresco van Giotto uit ongeveer 1300 in de bovenbasiliek te Assisi is zo’n afbeelding te zien van Christus in een kribbe, met op de achtergrond een groot houten kruis naar Franciscaans model, wijzend in de richting van de kribbe. Kardinaal Eijk: “De kerkvaders zagen al een relatie tussen kribbe en kruis: Zijn armelijke houten wieg was een verwijzing naar het houten kruis waaraan Christus als een misdadiger zou sterven, De doeken waarin Hij in de kribbe werd gewikkeld is te zien als een verwijzing naar de doeken waarin Zijn lichaam na de kruisdood werd gewikkeld. En de Mirre die de drie wijzen meebrachten verwijst naar de olie waarmee Hij vlak voor de begrafenis werd ingesmeerd. De kerkvaders zagen Kerstmis en Pasen, maar ook Hemelvaart en Pinksteren als aspecten van één geloofsmysterie, waarin Gods oneindige liefde voor ons in Jezus gestalte krijgt.” En dit alles zijn geen zaken uit het verleden, zo benadrukte de aartsbisschop: “In de Eucharistie wordt dit alles tegenwoordig gesteld.”
Wapenspreuk
Bisschoppen laten in hun wapenspreuk iets zien van hun verwachting en intenties bij de vervulling van hun dienstwerk, zo vervolgde kardinaal Eijk. “Zo hebben religieuzen ook een soort wapenspreuk die het fundament van hun charisma duidelijk verwoordt. Bij de Misioneros de Cristo Maestro luidt deze: ‘kribbe, kruis, Eucharistie’. Jullie ‘kribbe’ stond in Colombia, waar jullie je roeping hebben ontvangen. Daar hebben jullie ervoor gekozen om Jezus in Zijn armoede te volgen, hetgeen onder meer gestalte krijgt in de pastorale zorg in favela’s, scholing en de zorg voor wezen die hun ouders door AIDS hebben verloren. Vanuit jullie ‘kribbe’ in Colombia loopt een rechtstreekse lijn naar jullie kruis, dat wil zeggen jullie inzet als geloofsverkondigers in het Aartsbisdom Utrecht, in een geseculariseerde samenleving, en de Eucharistie die jullie hier zullen vieren na jullie priesterwijding. We bidden voor jullie, op dit moment van de inwijding van jullie communauteit in Utrecht maar ook in de toekomst. Dat jullie wapenspreuk onder ons bewaarheid mag worden en jullie charisma hier velen tot Christus mag brengen.”
Kardinaal Eijk had als geschenk een monstrans en een kelk meegebracht. “Deze heb ik ooit gekregen van pastoor Laan uit Duivendrecht, die mij op het spoor van het priesterschap heeft gezet.” Ze behoorden eerder toe aan een pater uit Duivendrecht, “beiden zijn nog niet heilig verklaard maar ze bidden vast voor jullie communauteit. Ik wil besluiten met de woorden van Willibrord: ‘In Dei nomine feliciter’, in Gods naam gelukkig.”
Tags: Ariënsinstituut