In Maarssen vond zondag 30 augustus de jaarlijkse gedachtenisviering plaats voor Alphons Ariëns. Na een korte gebedsviering bij het graf van Ariëns op het R.-K. kerkhof stond ook de Eucharistieviering in de Heilig Hartkerk in het teken van deze kandidaat-zalige. Hoofdcelebrant was kardinaal Eijk; rector Kuipers en beide spirituaals (emeritus priester Henk van Doorn en Ward Biemans SJ) van de diocesane priesteropleiding het Ariënsinstituut concelebreerden.

De gedachtenisviering van Ariëns geldt als de officieuze start van het studiejaar van de priesterstudenten. De meesten van hen waren dan ook aanwezig bij de gebedsviering en H. Mis.

Tijdens de gebedsviering op het kerkhof stond kardinaal Eijk kort stil bij de betekenis van Alphons Ariëns, “de grondlegger van de katholieke sociale beweging in ons land. […] Daarnaast was hij een buitengewoon goed zielzorger: niet voor niets is onze priesteropleiding naar hem vernoemd,” aldus kardinaal Eijk. Hij riep dan ook op te bidden voor het benodigde wonder om Ariëns’ zaligverklaringsproces verder op gang te helpen. Aan het einde van de gedachtenisviering memoreerde Hub Crijns (vicevoorzitter van het Ariëns-Comité) dat het deze dag 50 jaar geleden was dat het eerste diocesane zaligverklaringsproces plechtig werd afgesloten. In de jaren daarna is gewerkt aan een ‘Vita Documentata’ (gedocumenteerde biografie) van Ariëns, die in het jaar 2000 is ingediend in Rome. Door een verandering in de richtlijnen moet echter het nodige aangepast worden aan dit lijvige werk, waarvan Crijns een exemplaar aanbood aan kardinaal Eijk ter markering van het jubileum. Op zijn beurt gaf kardinaal Eijk het boek na de Eucharistieviering door aan de parochie, “als gedenkwaardig document bij dit vijftigjarig jubileum.”

In zijn preek tijdens de Eucharistieviering ging kardinaal Eijk in op de Evangelielezing over de Farizeeën en Schriftgeleerden, die door Jezus “huichelaars” worden genoemd. Kardinaal Eijk: “Met het masker van uiterlijke ritus houden ze feitelijk God op grote afstand, al willen ze het tegenovergestelde doen geloven, zo is het verwijt van Jezus. De klemmende vraag die Jezus hiermee voorlegt, luidt: Is onze beleving van het christelijk geloof formalistisch en uiterlijk, komen we alleen in Zijn huis als we iets te doen hebben in de kerk (bijvoorbeeld bij een overlijden, huwelijk of vrijwilligerstaak) of heeft Jezus werkelijk toegang tot ons hart, waardoor wat Hij ons leert ook werkelijk resoneert in ons hart?” Als voorbeeld van iemand bij wie die innerlijke en uiterlijke geloofsbeleving samenvielen, noemde de kardinaal Alphons Ariëns.
Ariëns schreef ooit dat we net zo zouden moeten zijn als de Emmaüsgangers die een stuk met Jezus oplopen, zo vertelde kardinaal Eijk. “En zoals alle grote geesten, doorzag Ariëns zijn tijd en had hij een vooruitziende blik.” Het individualisme is sindsdien snel toegenomen en de banden tussen het christelijk geloof en het leven van alledag worden steeds zwakker. Daarom riep de kardinaal tot slot op om de banden met Jezus aan te halen en bewust met de Emmaüsgangers op te trekken.

‘s Middags sloten de kardinaal, rector, spirituaals en priesterstudenten de dag samen met de hulpbisschoppen Hoogenboom en Woorts af in de tuin van het Ariënsinstituut met een barbecue.

 
Links: boekaanbieding door Hub Crijns