Bij gelegenheid van de nationale dodenherdenking op 4 mei legde kardinaal Eijk ‘s ochtends een krans op Het Erehof van de Utrechtse begraafplaats St. Barbara. Hier hebben vijftig Nederlandse oorlogsslachtoffers een laatste rustplaats gekregen. De gevallenen zijn militairen, verzetsstrijders, dwangarbeiders en represailleslachtoffers uit (de omgeving van) Utrecht. Ook burgemeester Dijksma van Utrecht en vertegenwoordigers van enkele andere organisaties legden een krans, waarna de vijftig namen van de gevallenen werden uitgesproken.

Het Erehof van begraafplaats St. Barbara staat onder auspiciën van de Oorlogsgravenstichting. De organisatie van de plechtigheid was in handen van het ‘Comité 4 Mei-Herdenking Erehof Prinsesselaan Utrecht’. Michiel van Geloven sprak namens de organisatie een welkomstwoord. Hij memoreerde dat deze herdenking vanwege de coronamaatregelen twee jaar niet met aanwezigen georganiseerd kon worden – de herdenking zelf is in die twee jaar wel gehouden, benadrukte hij.
Een nicht van Koos van der Hoff (één van de 50 gevallenen) hield vervolgens een persoonlijk verhaal. “Oom Koos die we nooit hebben gekend,” zo zei ze. Hij werd geboren in 1918 en was “geliefd, opgewekt en had een sociaal karakter.” Haar moeder, de jongste in het gezin, was dol op haar oudere broer Koos. “Ineens was hij er niet meer. Zijn foto had altijd een prominente plaats in het huis van mijn ouders.” Ze vertelde hoe Koos werd gemobiliseerd en toen de Duitsers op 10 mei Nederland waren binnengevallen om het leven kwam. Zijn konvooi dat op de terugweg was naar de kazerne – de Duitse overmacht was te groot – werd onder vuur genomen door Duitse jachtvliegtuigen. Alle soldaten vluchtten de greppel in, Koos als laatste. Hij kwam als enige om het leven. Op de begraafplaats las zijn nicht zijn laatste brief voor, die werd bezorgd enkele dagen nadat zijn ouders het bericht hadden gekregen dat hun zoon was gesneuveld. Een brief vol zorgen over de toekomst.

Hierna volgden de kransleggingen, waarna de vijftig namen werden voorgelezen van de gevallenen die op Het Erehof begraven liggen. Vervolgens kregen de aanwezigen een rode roos aangereikt om bij de oorlogsgraven te plaatsen. Na twee minuten stilte klonk de ‘Last Post’ en werden aansluitend het eerste en het zesde couplet van het ‘Wilhelmus’ gezongen. Met een gedicht van Nanna Nauta en een defilé langs de graven werd de herdenking afgesloten.
‘s Avonds zal kardinaal Eijk ook de Dodenherdenking op het Domplein in Utrecht bijwonen.