Kardinaal Eijk zegent oliën tijdens Chrismamis
In de Onze Lieve Vrouwekerk te Apeldoorn (St. Franciscusparochie) werd op 13 april de jaarlijkse Chrismamis gevierd. “Na drie jaar is het gelukkig weer mogelijk om hiervoor bijeen te komen,” zo zei kardinaal Eijk in zijn openingswoord. In de kerk waren gelovigen vanuit vele parochies aanwezig. De Utrechtse aartsbisschop zegende in deze Mis de olie voor de zieken en geloofsleerlingen, alsook het Chrisma voor het doopsel, het vormsel, de priesterwijding en de consecratie van kerken en altaren.
Ook tientallen priesters, diakens, diakenkandidaten en seminaristen waren aanwezig: de priesters van het aartsbisdom vernieuwden tijdens de Chrismamis hun wijdingsbeloften. In zijn welkomstwoord zei kardinaal Eijk dat hij ook graag de emeritus-hulpbisschop van het Aartsbisdom Utrecht mgr. De Kok O.F.M. had verwelkomd. “Vooral omdat hij op 6 maart jl. maar liefst 40 jaar bisschop was. Wij wensen hem van harte proficiat en Gods zegen met dit indrukwekkende jubileum en wij danken hem voor wat hij vele jaren, ook na zijn emeritaat, hartelijk, deskundig en toegewijd voor het aartsbisdom gedaan heeft. Hij laat u allen van harte groeten. Graag was hij in ons midden geweest, maar helaas laat zijn huidige conditie – hij is 91 – het niet meer toe om een lange plechtigheid bij te wonen.”
In zijn preek herinnerde kardinaal Eijk eraan dat Christus ‘de gezalfde’ betekent. “Jezus houdt deze zalving niet alleen voor zichzelf. Hij heeft de Heilige Geest met Pinksteren aan de Kerk gegeven, die door de prediking van het Evangelie en de bediening van de sacramenten de Heilige Geest aan ons doorgeeft. Wij worden door Christus via de Kerk gezalfd met de Heilige Geest als we worden gedoopt.” Dit Chrisma (waarin het woord Christus doorklinkt) wordt ook voor het sacrament van het vormsel gebruikt. “Dat doopsel en vormsel kunnen we maar één keer in ons leven ontvangen. Maar de gelijkvormigheid met Jezus wordt in ons gevoed door het sacrament van de Eucharistie. Wij ontvangen Hem in de communie. Gewoon voedsel wordt omgezet in de bestanddelen van ons lichaam. Bij de Eucharistie gebeurt het omgekeerde: wij worden omgezet in Degene die wij ontvangen. Zo wordt onze gelijkvormigheid met Jezus gevoed als we deelnemen aan de Eucharistie,” aldus kardinaal Eijk.
Verwijzend naar een verhaal van de schrijver Tolstoj zei de Utrechtse aartsbisschop: “Jezus is Gods Zoon die als het ware onze kleren aantrekt, wanneer Hij voor ons mens wordt. En wanneer wij worden gedoopt en net als Hij worden gezalfd met de Heilige Geest, worden wij bekleed met Christus. We krijgen als het ware zijn kleren aan. We gaan op Hem lijken en in het leven van God delen.”
Het lukt echter niet om dat kleed van Christus “dat wij door het doopsel dragen zuiver wit te houden. Er komen vlekken op door ons gebrek aan liefde jegens God en onze medemens,” aldus kardinaal Eijk. “Maar daar heeft God rekening mee gehouden. Wanneer het witte kleed van Christus dat we door het doopsel dragen, bevuild is, dan geeft Christus ons de mogelijkheid om dat kleed weer wit te krijgen. Dit gebeurt als we berouw hebben over onze zonden en deze in het sacrament van boete en verzoening, de biecht, belijden aan een priester.”
Klik hier voor de tekst van de preek van kardinaal Eijk
Tags: Chrismamis