Zo’n 90 pelgrims gingen op 10 en 11 juni met het Aartsbisdom Utrecht op bedevaart naar Echternach, om deel te nemen aan de Springprocessie. Nieuw was dit jaar dat het middagprogramma op 10 juni zich in Trier afspeelde en niet in de stad Luxemburg. “Dat is goed bevallen,” aldus de organisatie. De reisleiding en pastorale begeleiding van deze korte pelgrimage was in handen van vicaris Cornelissen en mgr. Woorts. Tijdens de bedevaart sloten ook kardinaal Eijk en mgr. Hoogenboom aan.

De pelgrims vierden in Trier de Eucharistie bij het graf van de H. Mattias in de St. Mattiasabdij, waarna zij de crypte bezochten waar hij begraven ligt. “We hebben in alle rust kunnen vieren en bidden, waarna er nog ruimte was voor ontmoeting. Het was een mooie plek om deze bedevaart mee te starten,” zo kijkt de organisatie terug.

In Echternach vond in de avond van 10 juni de openingsplechtigheid in de basiliek plaats, waarna de Utrechtse pelgrims op 11 juni de pontificale Mis in de basiliek bijwoonden. Vervolgens startte de Springprocessie, een flink deel van de groep uit het Aartsbisdom Utrecht sprong ook mee. Onder de springers waren beide Utrechtse hulpbisschoppen en een aantal priesterstudenten uit het aartsbisdom en het bisdom Rotterdam. Na het lof in de basiliek reisden de pelgrims terug naar Nederland. “Het was prachtig om met zoveel mensen uit het Aartsbisdom Utrecht bij het graf van de apostel Willibrord te zijn,” aldus de bedevaartleiding.
Er waren dit jaar zo’n 10.200 deelnemers aan de Springprocessie in Echternach, ruim 1.000 meer dan afgelopen jaar. In zijn toespraak sprak aartsbisschop Jean-Claude Hollerich van Luxemburg onder anderen de jonge deelnemers aan de Springprocessie toe: “Het is mij een groot genoegen om de vele scholieren hier te zien,” zei hij. “Jullie hebben allemaal vrijaf genomen voor deze dag, daarvoor heb ik groot respect!” Hij verwees met die uitspraak naar het feit dat Pinksterdinsdag dit jaar voor het eerst in Luxemburg niet in de schoolvakantie viel. De angst was dat daardoor veel scholieren af zouden haken voor de processie, maar het tegendeel bleek waar.

Foto’s: Henk Lamboo