Stadsprins Martijn XLII (de tweeënveertigste) van de Carnavals Federatie Utrecht (CFU) bezocht woensdag 23 januari samen met hofdame Miranda, adjudant Wim en gevolg kardinaal Eijk en hulpbisschop Hoogenboom. Aan het einde van de bijeenkomst kregen kardinaal Eijk en mgr. Hoogenboom traditiegetrouw de medaille van de Stadsprins van Leemput (zoals Utrecht in carnavalstijd heet) omgehangen.

Op deze persoonlijke jaaronderscheiding zijn onder meer de Domtoren en Catrijn van Leemput (die ook terugkomen in het CFU-logo) te zien. De stadsprins had speciale gebakjes meegebracht: gezien het elfjarig ambtsjubileum van kardinaal Eijk als aartsbisschop van Utrecht en de bijzondere betekenis van het getal 11 in carnavalstijd, was daarop het wapen van de kardinaal afgebeeld.

Tijdens de audiëntie vertelde kardinaal Eijk over zijn geslaagde knieoperatie en de daarop volgende revalidatie (“Mijn knieschijf is vervangen. Helaas heb ik hem na de operatie niet mee gekregen. … Binnenshuis mag ik inmiddels zonder krukken lopen”). Vanwege de restauratiewerkzaamheden aan het bisschopshuis was de audiëntie ditmaal in een andere zaal dan gebruikelijk. Daardoor kwam het gesprek als vanzelf op dit groot onderhoud en op de historie van het 19de eeuwse pand. Maar ook de ambachtelijk gemaakte pakken van prins en hofdame kwamen ter sprake, waarbij CFU-voorzitter dhr. Kock de nodige toelichting gaf.

Bij het afscheid sprak kardinaal Eijk het gezelschap kort toe. Daarbij uitte hij onder meer zijn dank voor de goede werken die zij doen. Zo was deze ochtend het bezoek ter sprake gekomen dat de prins en zijn gevolg onlangs brachten aan mensen die zijn opgenomen in het Militair Revalidatie Centrum in Doorn. Kardinaal Eijk: “Daar denken we eigenlijk nooit aan. Mensen die voor ons op heel moeilijke missies gaan, die soms verminkt terugkomen, die heel grote offers brengen, maar toch een heel blij moment hebben als jullie komen. En dat is ook op andere plekken zo. Hartelijk dank voor jullie inzet en ik wens jullie een heel mooi en zegenrijk jaar. Dat wens ik natuurlijk vooral de prins, Martijn. Hartelijk dank ook voor de onderscheiding.” Voorzitter Kock bedankte kardinaal Eijk op zijn beurt voor de ontvangst.