80ste Ommedracht Maria van Eiteren
In IJsselstein (parochie H. Drie-eenheid) vond zondag 26 juni voor de 80ste keer de Ommedracht van Onze Lieve Vrouw van Eiteren plaats. Het historische gedeelte van deze jaarlijkse processie beeldt de geschiedenis uit van het Mariabeeldje dat in 1310 door slootgravers werd gevonden in het buurtschap Eiteren. Zo liepen niet alleen de slootgravers mee, maar bijvoorbeeld ook vissers die in 1579 tijdens de Beeldenstorm het in de IJssel geworpen beeldje uit het water redden en de IJsselsteinse vrouw die het beeldje daarna enige jaren in de voering van haar kleed verborgen hield. De schrijn met het originele beeldje werd meegedragen door vier pages, geflankeerd door serafijnen.
In de Ommedracht Maria van Eiteren, die startte en eindigde bij de H. Nicolaasbasiliek, liepen verder onder anderen bruidjes mee, een page met de ledenlijst van de Broederschap, Fanfare Carolancus uit Montfoort, en meer historische figuren zoals melaatsen met de Lazaruskaars en bloemenmeisjes met geschenken voor de burchtheer van IJsselstein. Ook ‘gewone’ pelgrims trokken mee in de lange stoet, evenals pastoor Van der Vegt van de parochie H. Drie-eenheid, rector Kuipers van de Utrechtse priesteropleiding en pastoor As. De route voerde de deelnemers onder meer langs de plek waar vóór de Beeldenstorm de Eiterse kapel stond, waarvan teruggevonden restanten begin deze eeuw gedeeltelijk zijn opgemetseld.
Na afloop van de processie volgden de Mariavespers met aanbidding van het H. Sacrament. In zijn korte overweging zei pastoor Van der Vegt dat mensen soms een grote schat vinden. Daarbij wordt meestal gedacht aan een groot geldbedrag – maar dat is slechts één uitleg. Van der Vegt: “Schatten zijn kleine dingen die aantrekkingskracht hebben. Zo is het kleine beeldje in onze basiliek een schat die aantrekkingskracht heeft. Maria draagt de schat van het geloof in zich en deelt die uit aan u en mij. Draag die schat bij u in het komend jaar. Een echte schat vermeerdert bovendien in waarde als je hem niet voor jezelf houdt, maar anderen erin laat delen.”
Vanwege het 80-jarig jubileum van de Ommedracht verzorgde Fanfare Carolancus tot slot een concert op het kerkplein.
Historie
In 1310 vonden slootgravers op een akker in het buurtschap Eiteren een Mariabeeldje. Zij gaven dit beeldje aan de pastoor van IJsselstein, die het in zijn parochiekerk plaatste. Twee- tot driemaal verdween het beeldje, om vervolgens op de oorspronkelijke plek teruggevonden te worden. Dankzij vrome IJsselsteinse vrouwen overleefde het de Beeldenstorm. Het kwam in een klooster terecht van de Zusters van Liefde uit Tilburg. Op een gegeven moment werd een zuster ernstig ziek. Andere zusters brachten het beeldje naar haar toe en op wonderbaarlijke wijze herstelde de zuster. In 1936 kwam het beeldje, dat bekend staat als ‘Maria van Eiteren, Hulp in Nood’ (‘Hulp in Nood’ werd toegevoegd door de zusters) weer naar de parochiekerk in IJsselstein. Daar vindt sindsdien elk jaar, op de vierde zondag in juni, de Ommedracht plaats.
In de jaren ‘70 van de vorige eeuw werd de parochiekerk van IJsselstein grondig gerestaureerd en tot basiliek verheven. Maria van Eiteren, getooid met een gouden kroon, heeft een eigen kapel in deze basiliek. Elke zaterdagmorgen wordt daar de rozenkrans gebeden. (historische informatie: Comité ‘Onze Lieve Vrouw van Eiteren’)